Dieren bewonderen in de wijde natuur is het allerleukste wat er is! Tijdens onze reis langs de tuinroute van Zuid-Afrika in de zomer van 2019, gingen wij niet één maar twee keer op safari. Eenmaal op eigen houtje en eenmaal op gamedrive met een ranger. Beide op een andere manier bijzonder. Hieronder een korte samenvatting van ons avontuur en wat foto’s.
Addo Elephant National Park
Addo Elepant National Park ligt in de provincie Oost-Kaap en is het derde grootste nationale park van Zuid-Afrika. Wat een bezoek aan Addo zo bijzonder maakt, is dat je er met je huurauto een selfdrive kunt doen. Dat klinkt spannender dan dat het is, of misschien toch niet?! In het park vind je, zoals de naam al doet vermoeden, ruim zeshonderd olifanten. Die kun je dus alvast van je lijstje strepen. Je moet wel heel veel pech hebben, wil je hier geen olifanten spotten. Verder zijn de overige beroemde vier er ook te vinden, maar hiervoor moet je iets meer geluk hebben. Uiteraard kun je op het park verblijven, maar een overnachting in een van de omliggende dorpjes is eveneens een optie. Wij verbleven bij Sundune Guest House in Colchester aan de zuidingang van het park.
Ons geluk begint al vroeg. Het eerste uur spotten we een jakhals, ontmoeten we Pumba, zijn we getuigen van struisvogelseks en zien we onze eerste olifant van de dag. Waanzinig! “Als je je arm uit het raam steekt, zou je ze bijna aan kunnen raken”, klinkt er vanaf de achterbank. “Mooi he ma?!” We zijn er stil van. We laten een kudde zebra’s achter ons en rijden rustig verder. Maar dan: twee tegenliggers met wapperende oren. “Eeuhm, ja en nu?” Gewoon rustig blijven en de auto tot stilstand brengen. Ik had namelijk ergens gelezen dat je het best niets kunt doen wanneer er een olifant op je auto afkomt. Plotselinge bewegingen vermijden, luidde het advies. Nu kan ik je vertellen dat naarmate de gigantische beesten dichterbij komen, de drang om heel hard weg te rijden maar moeilijk te bedwingen is. Toch maar voorzichtig opzij? Gelukkig verdwijnen de olifanten net voor ons de bosjes in. Pfff, met beslagen ruiten vervolgen we onze weg. Het duurt echter niet lang voordat mijn vader opnieuw op de rem trapt. “Waarom stop je nou?” Mijn vader wijst naar rechts. Op anderhalve meter van de auto liggen acht buffels in de schaduw een beetje stom voor zich uit te staren. “Jongens, kijk eens naar links”, merkt mijn moeder op. Bleken we potverdorrie tussen een kudde buffels te zijn gestopt. Niks aan het handje joh. Zodra ze met hun achterpoten beginnen te vegen en er stoom uit de neus komt, moeten we weg wezen. “Wauw, echt mooi”, zeiden we tegen elkaar. Hoewel we nog aan het nagenieten zijn van een perfecte dag, vertrekken we de volgende dag richting Kenton-on-Sea.
Sibuya Game Reserve
Over ‘glamping’ gesproken: dit is alles wat ik mij erbij had voorgesteld en meer. Een geheel verzorgde driedaagse safari inclusief privé-ranger en vier gamedrives. Aan luxe wederom geen gebrek. De beleving begint al in Kenton-on-Sea van waar een aangenaam boottochtje ons naar onze superdeluxe tent brengt. Sibuya grenst namelijk aan de Kariega rivier wat zorgt voor prachtig uitzicht en een diversiteit aan activiteiten.
Wij vermaken ons vooral met dieren spotten en de gezelligheid van het Sibuya personeel. Brandon en Juan blijken goed gezelschap. Niet geheel onbelangrijk, vinden wij. Op onze driedaagse safari zien we zebra’s, verschillende soorten antilopen, giraffen, buffels, olifanten, neushoorns, een neushoorn-vogel en jawel, leeuwen! Dit keer leren we ook nog wat. Wist je bijvoorbeeld dat de koedoe mooie ronde keuteltjes schijt? Waarom dat belangrijk is voor dit verhaal? Nou, kudu dung-spitting is zeg maar een ding hier. Ver spugen met koedoe poep, je moet wat in de wildernis. Onder het genot van een glas wijn zagen we die avond spugend de zon onder gaan. De volgende ochtend staan we vroeg op voor onze tweede gamedrive. “Loop maar vast naar de auto, ik kom achter jullie aan”, geeft onze ranger aan. Half slapend loop ik alvast vooruit. Nog voor we de auto zijn ingestapt, staan we oog-in-oog met een neushoorn. HELP! Gelukkig blijkt het beest banger voor ons dan wij van hem. De ranger legt uit dat de witte neushoorn doorgaans verlegen is. Bovendien kun je aan het gedrag van het dier herkennen wanneer het zich bedreigt voelt en in de aanval gaat. Bij een buffel daarentegen kan het op elk moment fout gaan. Een buffel is erg onvoorspelbaar. De ranger vindt de buffel daarom het meest gevaarlijk en blijft niet graag al te lang bij ze in de buurt. Dus.. ik kijk mijn ouders aan. Als we dat toch eerder hadden geweten. Oké en door! Als klap op de vuurpijl weet onze ranger aan het eind van de dag toch nog de leeuwenwelpjes te vinden. Kijkend naar spelende welpjes in het avondlicht geeft een gevoel van extase. Het is het hoogtepunt van een onvergetelijke reis.