“There’s the Irish and then there’s the Dubs.” Echt ander volk. Of toch niet? Ik ben een aantal keer in Ierland geweest, maar nooit eerder bezocht ik de hoofdstad. Dus nadat we voor de zoveelste keer kerst bij onze familie in County Kerry hadden gevierd, besloten we in december 2017 via Dublin terug te reizen. En wat blijkt? Dubs zijn best oké-ish.
Begin de dag met een goed bakkie pleur. Wanneer het op delicatesse aankomt, moet je ‘goed’ in Ierland met een korreltje zout nemen. Voor de koffie-verkeerd-drinkers like myself voldoet een random koffiebar. Dublin kent zijn eigen koffiecultuur dus wat dat betreft heb je plenty of choice. Roco Cafe (voorheen Peacockgreen & Co) op Lord Edward Street had authentieke sferen. De koffie was echter net sterke thee en de thee net slappe koffie, maar wat weet ik ervan? Ik drink m’n koffie met flink wat melk en suiker. Voor de echte koffiekenners onder jullie is Di Luca op Harcourt Street your best bet. Italianen weten nou eenmaal meer van koffie. En van eten btw, maar daarover later meer.
Wandel na de koffie naar Trinity College en bezoek The Book of Kells. Wij hadden het geluk dat de bibliotheek gesloten was wegens renovaties. Dat geluk hebben wij wel vaker. Desalniettemin is de campus een plezier voor het oog. Van oude gebouwen tot hedendaagse kunst.
Wist je trouwens dat Dublin rijk is aan streetart? Bij de gemeente schijnen de meningen erover verdeeld te zijn, maar als je het mij vraagt, geeft het Dublin juist kleur en laat het de stad spreken. Neem daarom de vele laneways en alleys, zoals Love Lane of Dame Lane bijvoorbeeld. Hier vind je interessante muurschilderingen. Sla Fade Street niet over en stop bij The Market Bar voor tapas en wat stedelijke gezelligheid.
Wanneer de maag gevuld is, is het tijd voor wat steviger. Kies in plaats van de more famous Irish whiskey voor het minder bekende Teeling en breng een bezoek aan de distilleerderij. Het beste van de tour is natuurlijk de proeverij. Ga na afloop al zigzaggend richting Christ Church en vraag om vergiffenis voor al je zonden. Ook al ben je net zo’n hopeloos geval als ik, de kerk is zeker een bezoekje waard. Je kunt natuurlijk ook een museum bezoeken, but where’s the fun in that?
Wanneer je slechts één avond in Dublin te spenderen hebt dan moet je voor een kwalitatief hoogstaand avondmaal bij Forno 500 zijn op Dame Street. Again, geen typische Ierse gerechten op het menu. Wel een Italiaanse eigenaar. Dat hebben we geproefd ook. Serieus het meest smaakvolle diner dat we, in die zeven keren dat we het land bezochten, hebben genoten. Nu kan het feit dat we de avond ervoor op crackers en cup-a-soup hebben geleefd daar iets mee te maken hebben gehad, maar dan nog.
Skip Temple Bar, maar ga in plaats daarvan naar The Porterhouse voor een casual night of The Liquor Room voor fancy cocktails. Deze laatste vind je in een sfeervolle kelder op Wellington Quay. Alsof je in een ander tijdperk stapt. Alle cocktails, vernoemd naar historische Ierse vrouwen, vertellen een eigen verhaal. Uiteindelijk is het toch de beleving die telt. Dublin you lads: mighty craic!
